Paragraaf C - Onderhoud kapitaalgoederen

Het BBV schrijft voor dat de paragraaf betreffende het onderhoud van kapitaalgoederen ten minste de volgende kapitaalgoederen bevat:
a.    wegen;
b.    riolering;
c.    water;
d.    groen;
e.    gebouwen.
 
Van de kapitaalgoederen wordt aangegeven:
a.    het beleidskader;
b.    de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties;
c.    de vertaling van de financiële consequenties in de begroting en  jaarrekening.
 
In deze paragraaf lichten wij de consequenties toe van het gekozen kwaliteitsniveau voor kapitaalgoederen binnen het beleidskader.
 
Algemene uitgangspunten
De gemeente beheert ongeveer 310 hectare aan openbare ruimte. Onder deze openbare ruimte vallen: wegen, riolering, infrastructurele kunstwerken waterpartijen en openbaar groen. Verder rekenen wij alle virtuele objecten (niet zichtbaar zoals kadastrale grenzen) en reële objecten (zichtbaar, zoals een bouwwerk) onder, op en boven de grond als taak toe aan de openbare ruimte. Gebouwen behoren niet tot de openbare ruimte, maar worden wel als kapitaalgoed meegenomen. Hieronder geven we voor deze kapitaalgoederen een nadere beschrijving van de wijze van beheer en onderhoud. Het beleid voor het onderhoud van de kapitaalgoederen is onder meer opgenomen in het overzicht kader stellende beleidsnota’s en onderhoudsplannen.
 
Wettelijke bepalingen
Van toepassing zijn onder meer de volgende documenten,  "Notitie Materiële vaste activa " (2019) en  “Handreiking onderhoud kapitaalgoederen”  (2020)  uitgebracht door de Provincie Noord-Brabant als toevoeging op deze notitie. Tevens is kennisgenomen van het themaonderzoek paragraaf onderhoud kapitaalgoederen van 19-03-2025. 

 

Deze notities behandelen de wijze van activeren, waarderen en afschrijven van activa en het onderhoud van kapitaalgoederen. Ook zijn aandachtspunten voor de financiële verordening opgenomen. Het BBV schrijft recente beheerplannen voor. Onder een recent beheerplan wordt verstaan: maximaal vijf jaar oud. Voor het verslagleggingsjaar 2025 mag het beheerplan derhalve niet ouder zijn dan 2021. Van deze vijf jaar kan door de raad alleen gemotiveerd afgeweken worden. 


Onderhoudskosten worden gemaakt om het object gedurende de levensduur op een bepaald kwaliteitsniveau te houden of weer te krijgen (naar behoren laten functioneren en een bepaalde representativiteit laten behouden). Onderhoud kan worden onderscheiden in groot onderhoud en klein onderhoud.

 

Klein onderhoud
Bij klein onderhoud gaat het om dagelijkse reparaties die noodzakelijk zijn om het object in goede werkende en veilige staat te houden tegen een van tevoren vastgesteld kwaliteitsniveau. Hierbij gaat het om maatregelen die noodzakelijk zijn om het object blijvend naar behoren te laten functioneren of haar representativiteit te laten behouden. Klein onderhoud vindt meestal plaats naar aanleiding van meldingen.  De uitgaven voor klein onderhoud lopen altijd via de exploitatie.

 

Groot onderhoud 
Groot onderhoud ontstaat na een langere periode van gebruik van een object als gevolg van slijtage. Groot onderhoud betreft doorgaans gepland onderhoud van ingrijpende aard, veroorzaakt door slijtage. Het wordt uitgevoerd op een substantieel deel van het object en vindt plaats na een langere gebruiksperiode. 
Groot onderhoud vindt meestal plaats naar aanleiding van bevindingen uit de reguliere twee- of vijfjaarlijkse inspectieronden. De uitgaven voor groot onderhoud wordt, met uitzondering van Openbare Verlichting en Groen, gedekt uit een daarvoor bestemde voorziening.

 

Beleidskader- en onderhoudsplannen
Wij werken zoveel mogelijk met beleid- en onderhoudsplannen. Deze plannen geven over meerdere jaren inzicht in benodigde financiële middelen om de functie van de beheerobjecten, binnen de door de raad vastgestelde beeld-kwaliteitskaders, te kunnen waarborgen.
Het integrale beheerplan ‘Programma Openbare Ruimte’ heeft een doorstart als het programma Duurzame Inrichting Openbare Ruimte (DIOR) dat  in  Q1 2025 door de raad is vastgesteld. In het DIOR zijn de beleidskaders voor het beeld-kwaliteitsniveau van de openbare ruimte vastgelegd. Deze kaders worden verwerkt in de nieuwe beleid- en onderhoudsplannen. In het kader van de bezuinigingen en ombuigingen wordt het DIOR vanaf 2027 financieel geïmplementeerd.

 

De beleid- en onderhoudsplannen en  de in het DIOR vastgelegde onderhoudsniveaus van de beheerobjecten (kapitaalgoederen) zijn maatgevend voor de uitvoering van de werkzaamheden en voor de onderhoudslasten in het betreffende jaar. Uitsluitend de geplande onderhoudslasten (die van jaar tot jaar kunnen variëren) waarvoor gespaard wordt mogen ten laste van de voorzien worden gebracht.
Onderhouds- en beleidsplannen worden in de regel voor een periode van vijf jaar opgesteld en daarna herijkt en indien noodzakelijk aangepast.  Voor wegen, wordt op basis van de inspecties,  elke twee jaar het onderhoudsprogramma geactualiseerd.

 

Voor Openbare Verlichting en Groen is gekozen om deze niet via een voorziening te beheersen maar de kosten rechtstreeks via de exploitatie te laten lopen.

 

In de onderstaande tabellen staan de beleid- en beheerplannen met het jaar van ingang van het  plan en het jaar waarin het plan geactualiseerd moet worden. Een nieuw plan dient uiterlijk na 5 jaar opgesteld te worden of eerder indien er significante wijzigingen zich voordoen. Tevens is opgenomen wat het door de raad vastgestelde onderhoudsniveau  is en of er een voorziening  is ingesteld.

 

Beleidsplan

1e jaar

Nieuw plan actief vanaf

Toelichting

Wegen

2021

2026

In 2025 wordt een nieuw beleid- en beheerplan voor de wegen opgesteld. Dit plan wordt elke twee jaar op basis van een nieuwe inspectieronden bijgesteld. De uitgaven voor het groot onderhoud aan de wegen dat uit dit plan voortvloeit worden gedekt uit de Voorziening Wegen.

Infrastructurele kunstwerken

2019

2024

In 2025 wordt er een nieuw beleid- en beheerplan voor de infrastructurele kunstwerken, zoals bruggen, kademuren, tunnels, geluidschermen, etc., opgesteld. Dit plan wordt elke vijf jaar op basis van een nieuwe inspectieronden bijgesteld. De uitgaven voor het groot onderhoud aan de infrastructurele kunstwerken dat uit dit plan voortvloeit worden gedekt uit de Voorziening Infrastructurele Kunstwerken.

Openbare verlichting

2024

2029

Alle uitgaven lopen direct via exploitatie. In 2028 zal het Programma Openbare verlichting 2024-2033 herijkt worden.  De financiële paragraaf wordt elke twee jaar herijkt. Deze herijking heeft in het kader van de bezuinigingen en ombuigingen begin 2025 plaatsgevonden verwerkt in de begroting 2026-2029.

Riolering

2024

2029

De kosten (exploitatie en kapitaallasten van  investeringen) die voortvloeien uit dit programma worden gedekt uit de Voorziening Riolering.

Baggeren / Binnenhavens

2019

2024

In 2025 wordt een nieuw beleid- en beheerplan voor de Baggeren / Binnenhavens opgesteld. De kosten voor het baggeren van de gemeentelijke oppervlaktewateren worden gedekt uit de Voorziening Baggeren.

Gebouwen (incl. onderwijs)

2024

2029

De kosten voor het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen worden gedekt uit de Voorziening Gemeentelijke Eigendommen.

Groen

2024

2029

Eind 2024 heeft de raad het Omgevingsprogramma  Groen vastgesteld. Na vijf jaar wordt dit programma herijkt.

 

De beleid- en onderhoudsplannen voor Baggeren / Binnenhavens en voor Infrastructurele kunstwerken hebben als gevolg van personele wisselingen en het verschuiven van taken vertraging opgelopen.  Deze onderhoudsplannen worden in het 4 kwartaal van 2025 aan de gemeenteraad voorgelegd. Ook het onderhoudsplan van wegen wordt in het 4e kwartaal van 2025 voorgelegd aan de gemeenteraad. Ook het onderhoudsplan wegen wordt in het 4e kwartaal 2025 aan de raad voorgelegd.

 

Beheersplan

Voorziening

Onderhoudsniveau

Wegbeheer

Ja

Nieuw plan in 2021 aangenomen. In het DIOR is opgenomen dat het onderhoudsniveau voor het centrum gebied van Geertruidenberg en Raamsdonksveer en de ontsluitingswegen van niveau C naar B gebracht gaan worden. Het DIOR wordt vanaf 2017 geïmplementeerd. Vanaf 2027 zal dit bij de herijking van het wegbeheerplan meegenomen worden.

Infrastructurele kunstwerken

Ja

Voor de infrastructurele kunstwerken is beleidsmatig geen beeld-kwaliteitsniveau  vast gesteld. Daarom wordt beheersmatige op de aspecten heel en veilig gestuurd op basis van de CROW richtlijn CUR-Aanbeveling 117 .  In het DIOR is het beeld-kwaliteitsniveau B voor de infrastructurele kunstwerken vastgesteld.  Vanaf 2027 zal dit bij de herijking van het wegbeheerplan meegenomen worden.

Openbare Verlichting

Nee

Voor de openbare verlichting is geen  onderhoudsniveau vastgesteld. Alle nieuwe verlichting dient te voldoen aan Richtlijnen Openbare Verlichting 2011 (ROVL 2011) NEN3140 en NEN1010.   Openbare verlichting ouder dan 2011 moet voldoen aan richtlijn OVL. Dit is opgenomen in het Programma Openbare Verlichting 2024-2033. n het DIOR is het beeld-kwaliteitsniveau B voor de infrastructurele kunstwerken vastgesteld.  Vanaf 2027 zal dit bij de herijking van het wegbeheerplan meegenomen worden.

Riolering

Ja

Geen onderhoudsniveau -  Programma Stedelijk Water 2024-2028, gemalen NEN3140 - BRL14020, riool inspectie NEN-EN 13580-2

Baggeren / Binnenhavens

Ja

Geen onderhoudsniveau. Volgens beleid 1. Besluit bodemkwaliteit, 2. Kaderrichtlijn water, 3. Legger en Keur WSBD categorie A, B en C, 4. Waterwet, 5. Natuurwet.

Gebouwen

Ja

Basis is kwaliteitsniveau 3 'redelijke conditie', plaatselijk zichtbare veroudering, functievervulling niet in gevaar. Voor gebouwen die gesloopt of verkocht worden kan gekozen worden voor een lager kwaliteitsniveau. De gemeentelijke gebouwen vallen buiten de scope van het DIOR.

Groen

Nee

 In het DIOR is voor groenonderhoud het beeld-kwaliteitsniveau B opgenomen. Voor het bestrijden van onkruid op verhardingen is geen beeld-kwaliteitsniveau opgenomen, omdat het vanwege klimaatverandering in de praktijk het niet meer mogelijk is hierop te sturen. en/of de kosten hiervan te kunnen beheersen.

 

Algemene Beleids- en beheerkaders
De landelijk geformuleerde normen en richtlijnen vormen het uitgangspunt voor de beleids- en beheerkaders. Deze wijze van werken geeft richting aan kwaliteitsniveaus en beheermethodieken en dient als referentie en toetssteen voor onze gemeentelijke normen en aanpak.

De beheeractiviteiten zijn en worden gericht op het voorkomen van achterstallig onderhoud, onveilige situaties en schadeclaims.
De door de raad vastgestelde kwaliteitsniveaus worden geborgd binnen de daarvoor door de raad beschikbaar gestelde budgetten. Om beter in te kunnen spelen op de beleving en de wensen van de gebruiker van de openbare ruimte wordt gewerkt in wijkteams.

 

Planningen

Op basis van de beleids- en beheerplannen en de uitgevoerde inspecties worden door de assetbeheerders uitvoeringsplannen opgesteld voor het uitvoeren van de onderhoudswerkzaamheden.  We beoordelen vooraf aan de uitvoering of de aanpak die op basis van de inspecties wordt voorgesteld noodzakelijk is. De beeld-kwaliteitskaders die in het DIOR zijn vastgesteld zijn hierbij leidend.. Ook spelen de integrale aanpak, participatie en vraaggericht werken een mede bepalende rol voor de jaarlijkse planning.  

 

Integrale werkzaamheden 
Voor de uitvoering van beleids- en beheertaken geldt dat deze zoveel mogelijk integraal tot stand komen. Op deze wijze nemen we bij de aanpak van een weg zo nodig ook de riolering, de openbare verlichting, het groen, klimaatadaptatie  en verkeersmaatregelen mee. Vanaf 2029 wil Enexis beginnen met het verzwaren van het energienetwerk in de gemeente (energietransitie).

 

In 2026 starten we met de voorbereiding/uitvoering van de volgende werkzaamheden

  • Randonkelstraat/Rijtselaan  (incl. vervangen riolering en klimaatadaptieve inrichting)
  • kruispunt Stationstraat/Centraleweg (verkeersveiligheid)
  • Zalmweg, Ramgatseweg en Brasem (verhardingen en klimaatadaptieve maatregelen, mede in het kader van 'Toekomst bestendig Dombosch))
  • 't Lint (tracé Kerklaan - Luiten Ambachtstraat
  • Beellaertsweg
  • voorbereiding vervangen Bergse Brug 
  • Beschoeiing Vestingwallen

 

Integrale afstemming bij rehabilitatie werkzaamheden

Bij de uitvoering van rehabilitaties wordt altijd gekeken of integrale afstemming met andere werkzaamheden, zoals duurzaamheid en energietransitie. Daarnaast vindt tweemaal per jaar een afstemmingsoverleg  met betrekking tot de reguliere (onderhouds)werkzaamheden van Brabant Water en Enexis plaats.

 

Financieel kader
In de onderstaande tabellen treft u het verloop van de van de voorzieningen  en de jaarlijkse exploitatie uitgaven voor groen en openbare verlichting aan.

S.= saldo
Stort.= storting
Onttr.= onttrekking

NR. Omschrijving S. 1-1-2026 Stort. Onttr. S. 31-12-2026 Stort. Onttr. S. 31-12-2027 Stort. Onttr. S. 31-12-2028 Stort. Onttr. S. 31-12-2029
501 Voorziening geprogrammeerd onderhoud wegen 2.900 295 0 3.195 295 0 3.490 295 0 3.785 295 0 -1.120
508 Voorziening infrastructurele werken 625 80 0 705 80 0 785 80 0 865 80 0 371
509 Voorziening onderhoud gem. eigendommen 2.573 534 0 3.107 534 0 3.641 534 0 4.175 534 0 2.408
533 Voorziening baggeren 463 0 0 463 0 0 463 0 0 463 0 0 53
544 Voorziening riolering 5.319 130 0 5.449 0 38 5.411 0 57 5.354 0 149 4.943
545 Voorziening afvalstoffenheffing 360 0 50 310 40 0 350 36   386 31 0 488

 

De tabel "staat van de voorzieningen" schetst een beeld van de jaarlijkse toevoegingen en onttrekkingen die van invloed zijn op de exploitatiecijfers. In deze staat zijn de feitelijke aanwendingen niet meegenomen. Deze feitelijke aanwendingen worden gebaseerd op meerjarige plannen die periodiek geactualiseerd moeten worden. Indien uit de actualisatie blijkt dat een voorziening ontoereikend wordt dan dient hiervoor tijdig een maatregel moeten worden getroffen. Maatregelen kunnen in de jaarrekening opgenomen worden, maar ook in de meerjarenbegroting van het volgende jaar.

 

Nr Kapitaalgoederen Jaarlijkse investering Gemiddeld Jaarbudget onderhoud
- Openbare verlichting 315.000 130.000
- Groen   630.000