Paragraaf A - Lokale heffingen

Beleid en hoofdlijnen

Terug naar navigatie - Beleid en hoofdlijnen

In deze paragraaf geven we een specificatie van de lokale heffingen, uitgesplitst naar:
1.    het beleid en hoofdlijnen ten aanzien van lokale heffingen;
2.    een aanduiding van de lokale lastendruk;
3.    de (geraamde) inkomsten; 
4.    kengetallen.


De heffingen die tot woonlasten leiden zijn:
a.  onroerende zaakbelastingen 
-    voor eigenaren van woningen;
-    voor gebruikers en eigenaren van niet-woningen;
b.  afvalstoffenheffing;
c.   rioolheffing;

 

De overige heffingen betreffen:
d.   hondenbelasting;
e.   begraafrechten;
f.    leges omgevingsvergunning;
g.   secretarieleges;
h.   precariobelasting;
i.    havengelden/woonschepenrechten;
j.    marktgelden;
k.   (water)toeristenbelasting.

 

Wijzigingen Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)
Sinds enkele jaren zijn gemeenten verplicht om in de paragraaf lokale heffingen een overzicht van baten en lasten op te nemen voor de heffingen waarbij sprake is van het verhalen van kosten. Concreet is dit het geval bij de afvalstoffenheffing, de rioolheffing, de begraafrechten, de leges, de havengelden, de marktgelden en de woonschepenrechten. Overigens verstrekten wij daarvoor al een aantal jaren inzicht bij het vaststellen van de belastingverordeningen. Overhead mag niet meer worden verantwoord op de taakvelden, maar mag wel worden meegenomen in de tarieven en de onderbouwing daarvan. Overhead wordt toegerekend op basis van de directe uren die door de diverse medewerkers aan de taakvelden worden besteed. De totale overhead staat opgenomen in “Overzicht overhead” in het jaarverslag.

 

Onroerende zaakbelastingen (OZB)

Terug naar navigatie - Onroerende zaakbelastingen (OZB)

De onroerende zaakbelastingen worden geheven op onroerende zaken. De tarieven van de OZB  hangen af van de waardeontwikkeling van die zaken en van de gewenste opbrengst. Ook in 2020 heeft er een hertaxatie van de onroerende zaken plaatsgevonden. De zogenaamde WOZ waarde is bepaald naar de waarde peildatum 1 januari 2020. Deze waarde is gebruikt voor de heffing van de OZB in 2021.

 

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen tarieven voor woningen en tarieven voor niet-woningen. Er is sprake van een woning als een onroerende zaak in hoofdzaak (= voor tenminste 70%) dient tot woning. Uitgangspunt is daarbij de waarde van de hele onroerende zaak.

 

In de begroting 2021 is uitgegaan van een verhoging van de opbrengst met 1% in verband met dekking van de investering van het Integraal Huisvestigingsplan Onderwijs (hiertoe is in 2020 besloten). Daarnaast zijn de OZB-opbrengsten met 1,5% inflatiecorrectie verhoogd conform besluitvorming voorgaande jaren. Voor niet woningen is dezelfde verhoging toegepast en daarnaast is sprake van het verhogen van het tarief naar het landelijk gemiddelde. Het gaat hierbij om een extra stijging van in totaal 10% in twee jaar. Voor 2020 was dit 7,5% en voor 2021 resteert nog 2,5%.

 

Onroerende zaakbelasting Tarieven per jaar

2019

2020

2021

Woningen

 

 

 

- eigenarendeel

0,1216%

0,1163%

0,1182%

Niet-woningen

 

 

 

- eigenarendeel

0,2394%

0,2550%

0,3076%

- gebruikersdeel

0,1905%

0,2029%

0,2514%

 

De financiële consequenties van bovenstaande zijn in de onderstaande tabellen verwerkt.

Opbrengst ozb

Begroting

Werkelijk

Saldo

Onroerende zaak Woning eigendom

3.000.000

3.111.000

111.000 V

Onroerende zaak Niet-woning eigendom

2.190.000

2.290.000

100.000 V

Onroerende zaak Niet-woning gebruik

1.609.000

1.621.000

12.000 V

Totaal netto

6.799.000

7.021.000

223.000 V

 

Woz-waarden 2021 (x € 1,00)

Begroting

Jaarrekening

Woning eigendom

2.475.000.000

2.565.000.000

Niet-woning eigendom

712.000.000

718.000.000

Niet-woning gebruik

640.000.000

631.000.000

 

Woning
In de begroting 2021 is bij het vaststellen van de tarieven uitgegaan van de op dat moment bekende WOZ-waarden van € 2.475.000.000. De ingeschatte waarde- ontwikkeling van de woningen was 7%.  In de begroting is een opbrengst opgenomen van € 3.000.000 met een tarief van 0,1182%. Bij de jaarrekening 2021 wordt als totale WOZ waarde de waarde aangehouden zoals deze ook in de algemene uitkering wordt aangehouden. Deze WOZ waarde viel € 90 miljoen hoger uit. De waarde- ontwikkeling is daarmee 4% hoger uitgekomen dan ingeschat. Daarmee is verklaard dat de OZB opbrengst ongeveer € 100.000 hoger is uit gevallen. In 2021 zijn ook oude jaren opgelegd: dit zorgt ook voor een hogere opbrengst van de OZB van € 10.000. Omdat nog niet alle bezwaarschriften tegen de vastgestelde WOZ waarde over 2021 zijn afgehandeld, kan het voorkomen dat in 2022 eventueel nog een verrekening moet plaatsvinden zodat de feitelijke opbrengst over 2021 lager uitkomt. 

 

De hogere opbrengst van de onroerendezaakbelasting woningen is in principe van incidentele aard omdat bij de berekening van de opbrengst 2022 rekening is gehouden met de WOZ waarde ontwikkeling van 2021 en daarop de tarieven zijn aangepast.

 

Niet-woning
In de begroting 2021 is bij het vaststellen van de tarieven uitgegaan van de op dat moment bekende WOZ-waarden van € 712.000.000 met een waardeontwikkeling van 0%. In de begroting is een opbrengst opgenomen van € 2.190.000 met een tarief van 0,3076% voor eigenaren van niet-woningen. De werkelijke opbrengst voor eigenaren bedraagt echter € 2.277.000, dat is € 100.000 meer dan begroot. Er is echter voor ongeveer € 80.000 OZB opgelegd over oude jaren. De extra opbrengst over 2021 bedraagt dan ongeveer € 20.000. Dit wordt veroorzaakt doordat de totale WOZ- waarden iets hoger uit kwamen op € 718.000.000.


De begrote opbrengst van gebruikers van niet-woningen bedraagt € 1.609.000 met een tarief van 0,2514%. Bij deze gebruikers bedroeg de netto opbrengst € 1.621.000. Dat is € 12.000 meer dan begroot. Echter geldt ook voor de gebruikersheffing dat er voor € 34.000 is opgelegd aan oude jaren, wat betekent dat de netto opbrengst in feite € 22.000 te laag is. Dit wordt mogelijk veroorzaakt door meer leegstand of faillissementen dan begroot. Voor 2020 en 2021 is nog geen overeenstemming bereikt over de WOZ waarde van de Amercentrale. De gesprekken hierover zijn in het laatste stadium.  Vooralsnog is de opbrengst verwerkt conform de oorspronkelijke raming.

 

Indien de verrekeningen met voorgaande dienstjaren buiten beschouwing wordt gelaten bij de opbrengsten van de niet-woningen, kunnen we concluderen dat deze opbrengsten nagenoeg gelijk zijn aan de geraamde opbrengsten.

 

Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Afvalstoffenheffing

Met de afvalstoffenheffing worden de huisvuil inzamelingskosten gedekt. De heffing mag, wettelijk gezien, alleen worden ingezet voor de dekking van de kosten van afvalinzameling en afvalverwerking. Er mag géén winst op worden gemaakt (‘gesloten financiering’). Om een vermindering van het aangeboden afval te bereiken was het voornemen om met ingang van belastingjaar 2021 in de afvalstoffenheffing een financiële beloningsprikkel te introduceren. Er zou worden overgegaan naar een systematiek met een vastrecht en een variabel gedeelte. Dit is echter niet doorgegaan, zodat in grote lijnen de afvalinzameling ongewijzigd is gebleven en voor 2021 alleen het tarief is aangepast.  In onderstaande tabel geven we een overzicht van de tarieven van de afvalstoffenheffing over de afgelopen jaren.

 

Tarieven afvalstoffenheffing per jaar

2019

2020

2021

- eenpersoonshuishouden

170,52

172,92

179,88

- tweepersoonshuishouden

220,56

223,92

232,92

- driepersoonshuishouden

241,80

245,16

255,00

- meerpersoonshuishouden

312,00

316,00

329,52

- extra container

156,00

156,00

156,00

 

Berekening kostendekking afvalverwijdering:

Kosten Bedrag
Directe kosten taakveld 2.769.000
Mutatie voorziening  112.000
Overhead 109.000
Totale kosten 2.990.000
 
Opbrengsten  Bedrag
Heffingen 2.294.000
Overige opbrengsten 696.000
Totaal opbrengsten 2.990.000
 
Totaaloverzicht Bedrag
Totaal lasten 2.990.000
Totaal baten 2.990.000
Dekkingspercentage 100%

 

 

Rioolheffing

Terug naar navigatie - Rioolheffing

De rioolheffing is ter dekking van de kosten voor maatregelen, die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen voor hemelwater en grondwater. De gemeente kan de kosten verhalen die worden gemaakt voor het nakomen van de zorgplichten uit de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken. Dit betekent dat de gemeente het individuele profijt van de heffing niet hoeft aan te tonen. In 2017 is het nieuwe VGRP+ vastgesteld. De tarieven, die in 2021 in rekening zijn gebracht bij onze inwoners, zijn gebaseerd op de uitgangspunten van dit plan.  In onderstaande tabel geven we een overzicht van de tarieven van de rioolheffing over de afgelopen jaren. 

 

Tarieven per jaar 2019 2020 2021
Rioolheffing gebruiker (woning)      
- eenpersoonshuishouden 41,28 41,76 38,40
- tweepersoonshuishouden 55,44 56,16 51,72
- driepersoonshuishouden 63,96 64,80 59,88
- meerpersoonshuishouden 87,96 89,04 82,08
       
Rioolheffing gebruiker (niet-woning)      
0 - 349 m3 87,96 89,04 82,08
350 m3 - 499 m3 224,64 228,00 210,48
500 m3 - 999 m3 397,20 402,96 372,00
1.000 m3 - 1.999 m3 681,48 691,68 638,64
2.000 m3 - 4.999 m3 1.326,12 1.345,92 1.242,84
5.000 m3 - 9.999 m3 2.271,60 2.305,44 2.128,92
10.000 m3 - 49.999 m3 6.821,04 6.923,28 6.393,00
50.000 m3 en meer 11.358,84 11.529,12 10.645,92
Rioolheffing eigenaar 173,04 175,44 161,76

 

Berekening kostendekking rioolheffing:

Kosten Bedrag
Directe kosten taakveld 1.792.000
Mutatie voorziening  314.000
Overhead 300.000
Totale kosten 2.406.000
 
Opbrengsten  Bedrag
Heffingen 2.394.000
Overige opbrengsten 12.000
Totaal opbrengsten 2.406.000
 
Totaaloverzicht Bedrag
Totaal lasten 2.406.000
Totaal baten 2.406.000
Dekkingspercentage 100%

 

Hondenbelasting

Terug naar navigatie - Hondenbelasting

Iedereen die één of meer hond(en) in de gemeente Geertruidenberg houdt, is belastingplichtig voor de hondenbelasting. Gelet op de budgettaire ontwikkelingen is besloten voor 2021 de tarieven van 2020 met 1,5% te verhogen. De opbrengst is begroot op € 90.000 en in werkelijkheid kwam deze uit op afgerond € 87.000.

 

Begraafrechten

Terug naar navigatie - Begraafrechten

Begraafrechten zijn rechten die in rekening worden gebracht voor het begraven van stoffelijke overschotten, het bijzetten van urnen en het onderhoud van graven op de gemeentelijke begraafplaatsen. Dit gebeurt volgens de Verordening lijkbezorgingrechten Geertruidenberg.  Voor 2021 zijn de tarieven met 1,5% verhoogd en daarbij afgerond op € 0,50. 

 

 

Kosten Bedrag
Directe kosten taakveld 102.000
Mutatie voorziening  0
Overhead 15.300
Totale kosten 117.300
 
Opbrengsten  Bedrag
Heffingen 73.000
Overige opbrengsten 0
Totaal opbrengsten 73.000
 
Totaaloverzicht Bedrag
Totaal lasten 117.300
Totaal baten 73.000
Dekkingspercentage 62%

 

Leges omgevingsvergunning en secretarieleges

Terug naar navigatie - Leges omgevingsvergunning en secretarieleges

Voor 2021 zijn de tarieven van de leges waar mogelijk trendmatig gestegen. Er is een afwijkend percentage gehanteerd als dat niet mogelijk was (uit het oogpunt van kostendekkendheid of op grond van wettelijke voorschriften). De tarieven en percentages die vallen onder Titel 2 bleken in vergelijking met enkele regio gemeenten onder het gemiddelde te liggen. Deze tarieven zijn op een enkele uitzondering na verhoogd met 10%.  De tarieven voor de leges hebben we vastgesteld in de Legesverordening en Tarieventabel in Titel 1, Titel 2 en Titel 3.

 

Kostendekkendheid
Het werkelijke saldo van de totale lasten minus baten voor 2021 geven wij in de volgende tabellen weer, eerst per Titel, daarna als recapitulatie.

 

Titel 1 Algemene dienstverlening

   

Taakveld

Overhead

Totale Kosten

Totale Opbrengsten

Kostendekking

hoofdstuk

1

Burgerlijke Stand

€ 17.640

€ 9.242

€ 26.882

€ 23.988

89,23%

hoofdstuk

2

Reisdocumenten

€ 72.347

€ 25.732

€ 98.079

€ 87.685

89,40%

hoofdstuk

3

Rijbewijzen

€ 82.437

€ 39.073

€ 121.510

€ 111.640

91,88%

hoofdstuk

4

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

€ 8.668

€ 7.235

€ 15.903

€ 9.712

61,07%

hoofdstuk

5

Vervallen

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

6

Bestuursstukken

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

7

Vastgoedinformatie

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

8

Overige publiekszaken

€ 4.539

€ 963

€ 5.502

€ 4.716

85,71%

hoofdstuk

9

Gemeentearchief

€ 219

€ 182

€ 401

€ 401

100,00%

hoofdstuk

10

Vervallen

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

11

Kansspelen

€ 129

€ 107

€ 236

€ 36

15,25%

hoofdstuk

12

Leegstandwet

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

13

Kabels en leidingen

€ 12.027

€ 7.823

€ 19.850

€ 24.417

123,01%

hoofdstuk

14

Verkeer en vervoer

€ 5.742

€ 4.541

€ 10.283

€ 3.841

37,35%

hoofdstuk

15

Diversen

€ 6.752

€ 5.636

€ 12.388

€ 11.207

90,47%

Kostendekking Titel 1

€ 210.500

€ 100.534

€ 311.034

€ 277.643

89,26%

 

Titel 2 Fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

   

Taakveld

Overhead

Totale Kosten

Totale Opbrengsten

Kostendekking

hoofdstuk

1

Begripsomschrijvingen

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

2

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

€ 1.429

€ 930

€ 2.359

€ 1.155

48,96%

hoofdstuk

3

Omgevingsvergunning

€ 340.282

€ 221.326

€ 561.608

€ 560.149

99,74%

hoofdstuk

4

Vermindering

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

5

Teruggaaf

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

6

Intrekking omgevingsvergunning

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

8

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

9

Sloopmeldingen

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

10

In deze titel niet benoemde beschikking 

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

Kostendekking Titel 2

€ 341.711

€ 222.256

€ 563.967

€ 561.304

99,53%

 

 

Titel 3 Europese dienstenrichtlijn

   

Taakveld

Overhead

Totale Kosten

Totale Opbrengsten

Kostendekking

hoofdstuk

1

Horeca

€ 6.044

€ 4.827

€ 10.871

€ 5.960

54,82%

hoofdstuk

2

Algemene Plaatselijke Verordening (evenementen)

€ 485

€ 387

€ 872

€ 119

13,65%

hoofdstuk

3

Brandbeveiligingsverordening

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

4

Winkeltijdenwet

€ 0

€ 0

€ 0

€ 0

0,00%

hoofdstuk

5

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 135

€ 107

€ 242

€ 36

14,88%

Kostendekking Titel 3

€ 6.664

€ 5.321

€ 11.985

€ 6.115

51,02%

 

Recapitulatie Titel 1, 2 en 3

Taakveld

Overhead

Totale Kosten

Totale Opbrengsten

Kostendekking

Kostendekking Titel 1

€ 210.500

€ 100.534

€ 311.034

€ 277.643

89,26%

Kostendekking Titel 2

€ 341.711

€ 222.256

€ 563.967

€ 561.304

99,53%

Kostendekking Titel 3

€ 6.664

€ 5.321

€ 11.985

€ 6.115

51,02%

Kostendekking totale tarieventabel

€ 558.875

€ 328.111

€ 886.986

€ 845.062

95,27%

 

Precariobelasting

Terug naar navigatie - Precariobelasting

Voor de precariobelasting is in de primitieve begroting voor 2021 een bedrag geraamd van € 600.000 op kabels en leidingen van de nutsbedrijven en € 12.500 voor de overige precariorechten. Gedurende 2021 zijn een aantal gerechtelijke uitspraken gedaan die een negatief effect hadden op de opbrengst precario voor kabels en leidingen. Wij waren genoodzaakt om de opbrengst van 2019 - 2020 en 2021 neerwaarts bij te stellen.  Daarnaast zijn de precariorechten voor terrassen 2020 teruggedraaid.  De opbrengst van terrassen 2021 is eveneens komen te vervallen omdat vanwege de Covid-19 geen terrassen in de heffing betrokken zijn. Vandaar dat de begrote opbrengst voor 2021 uit kwam op € 382.000 negatief.. Omdat er toch nog enkele aanslagen opgelegd konden worden (m.n. als gevolg van verstrekte bouwvergunningen) valt het nadeel € 55.000 gunstiger uit. Totaal nadeel derhalve € 327.000.

 

Havengelden en woonschepenrechten

Terug naar navigatie - Havengelden en woonschepenrechten

Voor het (tijdelijk) mogen gebruiken van de gemeentelijke (passanten)haven hebben we vergoedingen gevraagd/geïnd. Momenteel kan de beroepsbinnenvaart gebruikmaken van twee ligplaatsvoorzieningen; te weten in de kern Geertruidenberg (Timmersteekade) en in de kern Raamsdonksveer (Reenweg). Ook kan men op een aantal andere plekken in de Donge aanleggen.  De tarieven voor de havengelden zijn opgenomen in de Verordening binnenhavengeld. Het havengeld berekenen we op basis van de grootte van het schip en de duur van het gebruik.

 

Kosten Bedrag
Directe kosten taakveld 43.500
Mutatie voorziening  0
Overhead 10.300
Totale kosten 53.800
 
Opbrengsten  Bedrag
Heffingen 35.500
Overige opbrengsten 0
Totaal opbrengsten 35.500
 
Totaaloverzicht Bedrag
Totaal lasten 53.800
Totaal baten 35.500
Dekkingspercentage 66%

 

(Water)toeristenbelasting

Terug naar navigatie - (Water)toeristenbelasting

Met ingang van 2019 kent de gemeente Geertruidenberg een (water)toeristenbelasting. De aanslagen over 2021 worden na afloop van het belastingjaar opgelegd nadat de belastingplichtigen aangifte hebben gedaan. In 2022 heeft de afwikkeling plaatsgevonden van 2019 en 2020. Vanwege de Covid-19 pandemie zijn deze aanslagen vertraagd opgelegd. De opbrengst over deze 2 jaren blijft (zoals verwacht) achter bij de ramingen en bedraagt in totaal € 27.440.

 

In de primitieve begroting 2021 is rekening gehouden met een opbrengst van € 37.500. In de tussenrapportages is deze vanwege de invloed van Covid-19 naar beneden bijgesteld tot € 25.000. Wat de opbrengst over 2021 uiteindelijk wordt, zal  medio 2022 duidelijk worden nadat de aangiftes zijn ontvangen.

 

Marktgelden

Terug naar navigatie - Marktgelden

De gemeente heeft drie weekmarkten op drie verschillende locaties: het Heereplein in Raamsdonksveer, de Markt in Geertruidenberg en de Oude Melkhaven in Raamsdonk. Voor het innemen van een standplaats op de aangewezen plaatsen heffen we marktgeld volgens de Verordening Marktgelden. De hoogte van de marktgelden is afhankelijk van de oppervlakte van een standplaats. Deze marktgelden gebruiken we voor het huren van marktkramen en voor het onderhoud/schoonmaken van de locaties.

 

Kosten Bedrag
Directe kosten taakveld 25.380
Mutatie voorziening  0
Overhead 13.000
Totale kosten 38.380
 
Opbrengsten  Bedrag
Heffingen 8.200
Overige opbrengsten 0
Totaal opbrengsten 8.200
 
Totaaloverzicht Bedrag
Totaal lasten 38.380
Totaal baten 8.200
Dekkingspercentage 21%

 

Lokale lastendruk

Terug naar navigatie - Lokale lastendruk

Voor zowel de afvalstoffenheffing als de rioolheffing worden gedifferentieerde tarieven gehanteerd. Omdat er sprake is van gedifferentieerde tarieven zijn er vele varianten mogelijk om de lokale lastendruk te schetsen. Bij de indicatie hieronder wordt als voorbeeld een gezin van drie personen met een eigen woning (WOZ-waarden zie hieronder) genomen.

 

3-persoonshuishouden (eigenaar) 2019 2020 2021
waarde woning 225.000 239.000 255.000
OZB eigendom  273,6 277,96 301,41
Rioolheffing gebruik 63,96 64,8 59,88
Rioolheffing eigendom 173,04 175,44 161,76
Afvalstoffenheffing 241,8 245,16 255
Totaal woonlasten 752,4 763,36 778,05

 

De geraamde inkomsten versus de werkelijke inkomsten

Soort belasting of heffing

Primitieve begroting 2021

Begroting na wijziging 2021  % Werkelijk 2021 %
Onroerende zaakbelasting gebruiker niet woning 1.609.000 1.609.000 13,52% 1.621.000 13,05%
Onroerende zaakbelasting eigenaar niet - woning 2.190.000 2.190.000 18,41% 2.291.000 18,44%
Onroerende zaakbelasting eigenaar woning 2.887.000 3.000.000 25,21% 3.111.000 25,04%
Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten  2.233.722 2.270.000 19,08% 2.294.000 18,46%
Rioolheffing 2.330.000 2.330.000 19,58% 2.394.000 19,27%
Hondenbelasting 90.000 90.000  0,76% 87.000   0,70%
Begraafrechten 48.000 60.000 0,50% 73.000 0,59%
Leges omgevingsvergunning (inclusief bouwleges) 416.000 404.000 3,40% 556.000 4,47%
Leges burgerlijke stand 31.000 31.000 0,26% 29.000 0,23%
Leges bevolkingsregister 179.000 219.000 1,84% 210.000 1,69%
Leges naturalisatie 15.000 18.000 0,15% 24.000 0,19%
(Water)toeristenbelasting * 37.500 25.000  0,21% 27.000   0,22%
Precariobelasting ** 612.500 -382.000 -3,21% -327.000 -2,63%
Subtotaal 12.678.722 11.864.000 99,71% 12.390.000 99,72%
Overige: o.a. havengelden, marktgelden APV vergunningen 86.100 34.500 0,29% 35.000 0,28%
Totaal inkomsten uit belastingen, heffingen en rechten 12.764.822 11.898.500  100%  12.425.000 100%

* opbrengst watertoeristenbelasting is de opbrengst van 2019 en 2020

** Precariobelasting is negatief vanwege afwikkeling bezwaarschriften.

 

Kwijtschelding

Terug naar navigatie - Kwijtschelding

Als een belastingplichtige niet of over te weinig financiële middelen beschikt om de belastingaanslag te voldoen, wordt onder bepaalde voorwaarden aan deze belastingplichtige kwijtschelding verleend. Het gehanteerde kwijtscheldingspercentage bedraagt maximaal 100%. Dit betekent dat alle belastingplichtigen die een inkomen hebben dat 100% van het minimuminkomen (volgens bijstandsnorm) of lager bedraagt, in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding.

 

Kwijtschelding kan alleen worden verleend als het een aanslag betreft voor afvalstoffenheffing en rioolheffing gebruiker. De overige heffingen zijn in de betreffende belastingverordeningen uitgesloten van kwijtschelding. 

 

Voor het belastingjaar 2021 is sprake van kwijtscheldingen tot een totaalbedrag van € 86.381 (2020 € 85.465). De kwijtscheldingen zijn toe te rekenen aan rioolheffingen voor een bedrag van € 16.090 (begroot € 15.000) en afvalstoffenheffing voor € 70.291 (begroot € 70.000). Vanwege de coronapandemie is de dwanginvordering van de belastingaanslagen over de jaargrens heen gegaan. Mogelijk worden er in 2022 nog bedragen kwijtgescholden die betrekking hebben op 2021.